Marieke: Vandaag spreek ik Greet Vonk. Zij heeft veel onderzoek gedaan naar burn-out en weet veel over posttraumatische groei. Nou, ik ben wel nieuwsgierig naar wat dat precies betekent. Greet, welkom in de uitzending. Vertel ons, wie ben je en wat is posttraumatische groei?

Greet: Dank je voor de uitnodiging, Marieke. Wie ben ik? Ik ben coach, sinds 2006. En toen ik begon in mijn praktijk – eerst pak je alles wat je pakken kunt – maar ik kreeg al heel snel veel mensen op mijn pad die het zwaar voor de kiezen hadden, om wat voor reden dan ook. En daar zat ook veel burn-out tussen.

Wat mij opviel is dat het in mijn coaching lukte om mensen daar heel goed doorheen te krijgen. En dan kwamen ze terug op het werk en hadden ze regelmatig met een stigma te maken. Ze moesten klein gehouden worden en er moest met hun grenzen rekening gehouden worden. Toen dacht ik: dat klopt gewoon niet. Het klopt echt niet. Je kunt ook groeien van zo’n moeilijke periode.

Ik ben me er in gaan verdiepen en de wetenschap ingedoken. In de wetenschap stond ook dat mensen die eens een burn-out hebben gehad altijd een smetje blijven houden. Zij komen nooit meer terug op hun oude niveau.

Marieke: Ja, dat hoor ik ook vaak vanuit de praktijk. Ik herken wat je zegt.

Greet: Nou, dat was niet mijn ervaring in coaching en toen dacht ik ‘daar moet ik toch maar eens onderzoek naar doen. Wat is dat dan, hoe kan dit?’ Ik ben weer gaan studeren – managementwetenschap bij de Open Universiteit – en heb onderzoek gedaan naar burn-out en hoe je daar nou sterker uit kunt komen. Dat was natuurlijk een hele vage vraag. In de wetenschap moet je altijd voortborduren op iets wat bestaand is. Vervolgens ben ik mij helemaal stuk gaan lezen op alles op het gebied van burn-out, depressie, chronische vermoeidheid. En op gegeven moment kwam ik toen de term posttraumatische groei tegen. En toen dacht ik: ‘volgens mij heb ik hem’.

Marieke: Oké, er gebeurde iets met je.

Greet: Ja, er gebeurde iets met me. Er was heel veel onderzoek gedaan naar allerlei dingen, zoals mensen die een nare ziekte hebben gehad. Mensen die een vervelend ongeval hebben gehad. Verlies. Natuurrampen. En daar was dus uitgekomen dat mensen niet alleen stress kunnen oplopen, maar ook posttraumatische groei kunnen krijgen. Dus juist groeien van zo’n nare periode. Vervolgens heb ik een groot onderzoek opgezet.

Marieke: Heb jij je alleen gericht op burn-out of ook op andere zaken, zoals natuurrampen, verkeersongevallen etc.?

Greet: Nee, ik heb in mijn onderzoek alleen naar burn-out gekeken. Ik heb mij dus verdiept in posttraumatische groei en burn-out. Je moet je onderzoek inkaderen. En omdat ik in de managementwetenschappen afstudeerde en burn-out een hot item was, dacht ik dat dit wel een mooi onderwerp was.

Marieke: Kun je iets vertellen over je onderzoeksvraag. Wat is dat uiteindelijk geworden? Wat is daar uitgekomen?

Greet: Ik heb vooral gekeken naar mensen die een burn-out gehad hebben en of zij, als zij weer hersteld zijn, ook posttraumatische groei kunnen ervaren. Dat was de eerste hypothese. Ik heb vervolgens twee wetenschapsgebieden aan elkaar geknoopt: de wetenschap rondom posttraumatische groei en de wetenschap rondom burn-out. Bij die laatste zijn persoonlijke hulpbronnen heel belangrijk, zoals optimisme, veerkracht, hoop. Dat soort termen. We weten dat die eigenschappen ontzettend belangrijk zijn bij het wel of niet ontwikkelen van burn-out of bevlogen raken.

Ik heb onderzocht of er een relatie is tussen de mensen die posttraumatische groei ervaren en die persoonlijke hulpbronnen. En het bleek, dat deze heel groot was. Dus wat je in gewoon Nederlands kunt zeggen is dat hoe meer posttraumatische groei mensen ervaren door een burn-out, hoe groter de kans is dat ze zonder enige restklachten uit de burn-out komen. Sterker nog, dat ze er sterker en wijzer uitkomen, krachtiger en meer bevlogen. En dat ze een niveau van functioneren bereiken dat ze nog niet eerder gehad hebben.

Marieke: Dat staat dus haaks op wat je vanuit de praktijk en de media hoort. En ook wel vanuit de experts, die zeggen dat je altijd blijft stoeien met de gevolgen van burn-out, dat je niet meer volledig je werk kunt hervatten.

Greet: En dat is voor heel veel mensen ook waar. Het kantelpunt zit er dus in of ze die posttraumatische groei ervaren.

Marieke: En die koppel jij weer aan die hulpbronnen.

Greet: Klopt. Er zit een drietrapsraket in. Als mensen posttraumatische groei ervaren, worden hun persoonlijke hulpbronnen hoger, en doordat die persoonlijke hulpbronnen hoger worden hebben ze veel minder kans op burn-out en worden ze meer bevlogen. Er zit een behoorlijk lineaire correlatie tussen.

Marieke: Dat betekent dat die persoonlijke hulpbronnen belangrijk zijn. Ik hoor je tussen de lijnen door zeggen dat mensen die hebben kunnen ontwikkelen. Hoe is dat? Is dat echt iets wat je kunt ontwikkelen als mens?

Greet: Ja, dat kan. En een van de manieren om die persoonlijke hulpbronnen te ontwikkelen is door posttraumatische groei te ervaren.

Marieke: Dan moet je eerst door zo’n periode van rouw en narigheid heen om vervolgens die hulpbronnen te kunnen ontwikkelen.

Greet: Nou, dat hoeft niet. Je hoeft niet ziek te zijn om beter te worden. Maar die posttraumatische groei, als je dan in een nare periode zit en je streeft naar posttraumatische groei, dan is dat een heel plezierig effect.

Marieke: We zitten al meteen midden in je onderzoek. Ik merk ook dat het best complex is. Het is belangrijk om te weten dat burn-out niet per se negatief is, zoals je eerder al heel duidelijk aangaf. Waarbij de eerste stap is dat je niet vooringenomen bent over burn-out. Een vraag vanuit de lezer is hoe je de informatie vanuit het onderzoek kunt inzetten. Bijvoorbeeld als jij het hebt over hulpbronnen, dan is het misschien interessant om te vertellen wat die hulpbronnen dan zijn. Kunnen we daar vanuit de praktijk over praten? Hoe ziet dat eruit?

Greet: Hulpbronnen zijn heel belangrijke eigenschappen van mensen. Dat zie je ook veel terugkomen op dit moment. De belangrijkste vier waar veel mee gewerkt wordt, zijn: optimisme, veerkracht, zelfvertrouwen en hoop.  Dit wordt ook wel psychologisch kapitaal of ‘psycap’ genoemd.

Marieke: Is het dan zo dat je beter door zo’n periode van burn-out heen komt als je deze hulpbronnen tot je beschikking hebt?

Greet: Dat heb ik niet onderzocht, al klinkt het heel logisch. Als mensen in zo’n heel nare periode zitten, dan is er niet zo heel veel meer. Door het proces van posttraumatische groei bereiken, ontwikkelen ze die hulpbronnen juist.

Marieke: Kun je daar wat voorbeelden van geven, van wat jij in de praktijk gezien hebt?

Greet: Jazeker! Wat heel veel in de praktijk gebeurt, is dat mensen begeleid worden, in termen dat hun klachten verminderen. Dus daarbij wordt vooral naar de problemen gekeken. En bij het bereiken van posttraumatische groei kijken we juist naar wat hun kwaliteiten zijn. Mensen hebben vaak veel meer kwaliteiten. Kijk naar hun potentie. En als je dat doet, ziet het er heel anders uit.

Een voorbeeld van iemand met wie wij gewerkt hebben is een man met een tweede burn-out. Hij zat in een financiële functie en heeft nu een eigen bedrijf als geluidstechnicus. Wat door posttraumatische groei gebeurt, is dat mensen werkelijk een transformatie ervaren. Mensen die daar doorheen zijn gegaan, hebben naderhand het gevoel dat ze een hogere kwaliteit van leven hebben. Dat ze veel beter de beslissingen kunnen maken waar zij gelukkig van worden. Het is geen makkelijk proces. Mensen komen steeds dichterbij hun eigen gekende en ongekende talenten en gaan daardoor keuzes maken die veel beter bij hen passen en waar ze veel gelukkiger van worden.

Marieke: Misschien kan je het omschrijven als dat het een ontdekkingstocht naar jezelf is. Mensen worden op een bepaalde manier gedwongen naar zichzelf te kijken, zichzelf nog beter te begrijpen om niet nog eens in de vernieling te raken. Je wil eruit komen en niet weer diezelfde valkuil in, lijkt me. Dus daar zit die persoonlijke groei. Vanuit die pijn en die noodzaak, dat je er beter uit wilt komen. Een soort overleving, eigenlijk.

Greet: Precies. Je staat met je rug tegen de muur en je kunt niets anders doen dan jezelf tegenkomen. En in dat proces kom je jezelf goed tegen. Ze zeggen ook weleens: zo’n PTG-proces is eigenlijk een vermorzelaar van je negatieve of niet meer werkende overtuigingen, gewoonten, eisenpakket. Die veroorzaken de shit. Je moet letterlijk je shit overwinnen.

Marieke: En daar ontstaan allerlei vragen uit, ook op professioneel gebied. Wat wil ik dan nog, wat kan ik, waar liggen mijn talenten, waar ben ik goed in, waar heb ik plezier in, toch? Ik neem aan dat je daar dan met iemand over spreekt.

Greet: Ja, wat je doet is veel meer kijken naar welke krachten en talenten er zijn in plaats van hoe kunnen we de klachten verminderen. Dat is een totaal andere benadering. Ik heb gisteren een lezing gegeven bij een organisatie en dat was georganiseerd door iemand die bij ons in coaching is geweest. En dan zitten er zo’n 55 man in de zaal. Niemand kent de term PTG, posttraumatische groei. Iedereen kent PTSS, posttraumatische stressstoornis. En dat is symptomatisch van hoe er bij ons met burn-out wordt omgegaan. En ons is dan in Nederland, de Noord-Europese landen, Noord-Amerikaanse landen. En een reflectie op de lezing is: er is niets fijner dan vanuit de visie van herstel en groei benaderd te worden in zo’n traject. Dat is veel fijner dan dat mensen tegen je zeggen dat je nu altijd op je grenzen moet gaan letten en dat je altijd kwetsbaar, zwakker en beperkter zult blijven.

Marieke: Is dat zoals zij dat ervaren en ook wat uit je onderzoek komt dat mensen zich zo behandeld voelen?

Greet: Nee, dat is niet wat ik onderzocht heb. Dat hoor je vanuit de praktijk en dat is ook de reden waarom ik dit onderzoek ben gaan doen. Er is ook regelmatig sprake van stigma’s.

Marieke: Ja, wij hebben elkaar ter voorbereiding op dit gesprek al even gesproken om kennis te maken. En toen zei je ook heel duidelijk dat je wilt pleiten voor een andere samenleving. Vanuit die groei, vanuit omdenken. Positief kijken naar wat er gebeurt. Klopt het als ik dat zo verwoord?

Greet: Ja, dat is heel erg.

Marieke: Ik ben dan wel benieuwd naar de praktijk. Ik kan mij zo voorstellen dat, stel ik ben een P&O-adviseur en ik heb iemand aan tafel die vanuit die burn-out situatie komt. Wat kan ik dan het beste doen? Kun je tips en trucs meegeven? Ik kan me namelijk voorstellen, iemand bekleed op dat moment een bepaalde functie en mogelijk wil zo iemand na zo’n periode helemaal niet zo’n zelfde functie weer in. Kun je ons daarin meenemen?

Greet: Dat kan. Het hoeft niet, maar het kan. Als mensen werkelijk door zo’n proces heen gaan, dan ligt de wereld eigenlijk open. Het is echt een heel transformerend proces. Je ziet ook vaak dat mensen die dat meemaken erover praten alsof hun leven in stukjes gedeeld wordt. Voor of na mijn kanker. Voor of na mijn burn-out. Dat ze zich een ander mens voelen. En je weet dan ook nooit, als  iemand werkelijk door zo’n proces gaat, wat daar dan uitkomt.

We gebruiken in ons werk veel metaforen. Ik gebruik als metafoor heel vaak een cadeautje. Dat iemand niet weet wat erin zit; het is alleen ingepakt in prikkeldraad. En dat is dus niet fijn om open te maken. Maar iedereen die dat proces gedaan heeft is heel erg blij met de uitkomst.

Voor iemand op de afdeling HR: wat erg helpt is mensen positief te benaderen, vanuit dit gedachtegoed. Nu is het heel vaak gedoe. We zijn met z’n allen erg gericht op persoonlijke ontwikkeling, senioriteit ontwikkelen. Als er ergens een mogelijkheid is om dat te doen, is het als iemand zich in zo’n situatie bevindt. Dus echt kijken naar de mogelijkheden. Er zitten heel veel groeimogelijkheden in.

Marieke: Niet alleen voor de P&O’ers, maar ook voor de zorgmanagers of die teamleiders die daar mee te maken hebben: waar begin je dan? Begin je gewoon met een goed gesprek met de werknemer? Waar kun je daar meer over lezen? Zijn er sites waar je hier meer over kunt vinden?

Greet: Nou, er is nog heel weinig over bekend. Dat is ook een van de redenen dat wij nu lezingen en inspiratiesessies en workshops gaan geven. Omdat we al weten uit de praktijk en uit onderzoek dat als mensen überhaupt op de hoogte worden gebracht van de groeimogelijkheden, de wereld er al heel anders uitziet. Dat is al een eerste stap: gewoon mensen vertellen dat dat kan, dat dat bestaat. Dat merk ik nu ook bij die inspiratiesessies, dat mensen zeggen: ‘ja, had ik dat nou maar jaren eerder geweten’.

Alleen al kennisoverdracht is al heel veel. Dat je weet dat het anders kan. Dat is al heel belangrijk. Dan gaan mensen niet alleen langs de kant kijken, maar weten ze dat je ervan kunt groeien.

Marieke: Je geeft aan dat je lezingen geeft. Ik neem aan dat je dan ergens traceerbaar bent. Voor de mensen die je eventueel zouden willen benaderen en die iets meer willen weten.

Greet: Ja, dat kan via onze website www.et-emergo.nl. Bij PTG workshops staan alle mogelijkheden die wij hebben. Wij bieden workshops specifiek voor coaches, psychologen, behandelaren, maar ook voor HRM-mensen, arbomensen en leidinggevenden. En daarnaast inspiratiesessies voor hele heterogene groepen. Ook geven we trainingen voor mensen die PTG willen bereiken. En we vertellen wat PTG is en wat je ermee kunt.

Marieke: Het is fijn als er op de website ook informatie staat waardoor mensen eerst een gevoel  krijgen van ‘waar hebben we het met elkaar over.

Greet: Ik herken dat wel. Het is voor veel mensen zo’n vorm van omdenken. Dat je echt even wilt weten: ‘wat is dit precies’. Ik zal een paar essenties delen. Het zijn er vier. De eerste is dat mensen emotionele groei en positieve psychologische verandering gaan ervaren door die moeilijke periode in hun leven. En dat kan zijn allerlei persoonlijke klachten, crisis, moeilijke omstandigheden. Dat resulteert dan uiteindelijk in een hoger niveau van functioneren. Mensen ervaren dat ook als hogere kwaliteit van leven. Dat is een essentie.

De tweede is dat het over het algemeen zo’n diepe indruk maakt op het leven van iemand dat hun kijk op de wereld, of op zichzelf, of op zichzelf in de wereld, dat die echt radicaal verandert. Dat ze in zekere zin het gevoel hebben dat ze een nieuwe wereld betreden. Dat is dat transformatieve erin, dat ik al eerder aangaf. Dat mensen hun leven in stukjes zien.

Een derde punt is dat ze echt hun gekende en ongekende potentieel leren herkennen, erkennen en hanteren. Heel vaak weten mensen wel iets van hun potentieel, maar kunnen ze het helemaal niet hanteren of weten ze niet hoe ze het moeten herkennen. Je komt jezelf echt tegen. En dat levert een veel completer beeld van jezelf op. En door die zelfkennis krijg je ook veel meer grip op jezelf.

Marieke: Het is misschien gek dat ik dit vraag, maar kun je daar een concreet voorbeeld van geven? Wat heeft iemand ontdekt in zo’n geval, een bepaalde kracht of vaardigheid?

Greet: Wat je bijvoorbeeld bij burn-out vaak ziet is eigenlijk dat mensen ontzettend krachtig zijn. En dat ze dat om wat voor reden dan ook misbruikt hebben. En dat ze die kracht in zo’n proces echt leren kennen en dat ze het dan gaan gebruiken in plaats van misbruiken.

Een voorbeeld van iemand die eigenlijk een heel empathisch vermogen heeft, maar door allerlei patronen die hij heeft ontwikkeld, een soort van horkerig gedrag vertoont – en dan maak ik het meteen groot – en dan afstandelijk overkomt. Door zo’n proces ontdek je dat je werkelijk empathisch bent en kun je dat dan ook gaan gebruiken in je werk.

Je ziet ook vaak als resultaat dat mensen steviger, authentieker, meer senior uit zo’n traject terugkomen en dat is voor organisaties natuurlijk heel plezierig.

Marieke: Zie je dat mensen toch vaker hun eigen grenzen aangeven, wat ze voorheen minder deden?

Greet: Ja, veel bewuster. Met grenzen klinkt het weer meteen beperkt. Maar dat ze veel bewuster in het leven de keuzes maken. En dus ook bewust over hun grenzen gaan.

Marieke: Dat is dan een keuze die zij maken. Helder. En je had ook een vierde punt.

Greet: Ja, dat mensen ontdekken dat het leven ook tegenslagen kent. We hebben hier in het Westen het idee het moet allemaal alleen maar leuk en mooi moet zijn, en dat is het natuurlijk niet. We gaan in golfjes omhoog, als het goed is. Mensen leren doordoor zo’n proces te gaan om te gaan met tegenslag, waardoor ze er ook niet meer zo bang voor zijn. Ze gaan veel realistischer in het leven staan. Als je te maken hebt met tegenslag, dan is  het niet meteen zo groot. Je gaat als het ware met golfjes omhoog.

Marieke: Je gaat soms twee stapjes vooruit en een stapje terug en dan weer vooruit. Dat is hoe we allemaal groeien volgens mij, in het hele leven.

Greet: Ja, maar wat een groot verschil is als je door zo’n pittig proces bent gegaan, zo’n transformatieproces, dat het daarna (leuk wordt het nooit) makkelijker gaat. Een beetje zoals de Belastingdienst, weet je wel.

Marieke: “Leuker kunnen we het niet maken, wel makkelijker.” Ik voel wat je wilt zeggen. Er is nog een andere gedachte die door mij heengaat. Dat staat een beetje los van jouw echt inhoudelijke kennis, maar daar heb je af en toe ook wel mee te maken of over gehoord. Wat ik op dit moment ervaar vanuit het werkveld, is dat er veel geklaagd wordt over AVG, ben jij je daarvan bewust?

Greet: Ja, daar hebben we ook mee te maken.

Marieke: Precies, ik wilde dat toch nog even opwerpen. Ik ben op zoek naar bruikbare informatie. Hoe ga je daarmee om, dat leidinggevenden zich ongemakkelijk voelen van ‘o jeetje, daar mag ik helemaal niet naar vragen’. Heb je daar ideeën bij of tips voor?

Greet: Wow, in dit soort trajecten?

Marieke: Vanuit dit onderwerp is het toch de bedoeling dat de leidinggevende het gesprek aangaat met de werknemer, dus ook over posttraumatische groei. En hoe voorkom je dan dat je in een vervelende situatie terechtkomt waarbij je niet weet ‘mag ik dit nu wel of mag ik dit nu niet vragen’? Of weet je ook niet goed hoe dit werkt? Dat kan, he?

Greet: Met deze vraag overval je me een beetje.

Marieke: Sorry, dat was niet mijn bedoeling.

Greet: Dat maakt niet uit, ik ga even hardop met je meedenken. Wat ik weet van AVG is dat je inderdaad voorzichtig moet zijn met de persoonlijke gegevens.

Marieke: Je mag niet naar klachten vragen.

Greet: Je mag wel met iedereen praten over zijn persoonlijke ontwikkeling.

Marieke: Oké, dat is een mooie. Dat is ook weer dat omdenken. Zonder dat je in een gesprek vervalt naar ‘wat heb je dan precies en hoe zien je klachten eruit’. Dit is een mooi haakje, dat je met elkaar kunt praten over persoonlijke groei.

Greet: Precies. En weet je, dat heeft een heel bijzonder effect op zo’n gesprek. Ik laat mensen in de inspiratiesessies ook oefenen. Gewoon vijf minuutjes. Bijna iedereen heeft weleens iets meegemaakt in het leven, groot of klein, en dan stel ik gewoon de vraag – en dit moeten ze met elkaar oefenen -‘zoek eens de vragen die bij jou passen, wat voor kracht heb je ontdekt in dat proces?’ Zo’n vraag is nog nooit aan iemand gesteld. Wel allemaal van hoe erg was het.

Marieke: Als je het zo stelt, kun je eigenlijk met behulp van jouw theorie, of datgene wat jij hebt onderzocht, stellen dat je heel makkelijk langs de AVG kunt praten. Want je hoeft het helemaal niet over de klachten te hebben, je hebt het juist over die positieve kanten.

Greet: Exact!

Marieke: Nou, het is toch mooi dat we het hier even over hebben. Het geeft ook verduidelijking over het omdenken, de positieve benadering. En dat vind ik van die oefening ook leuk. Het is eigenlijk een heel simpele oefening. Je kunt dit met iedereen doen, ook met iemand die niet per se in een burn-out heeft gezeten.

Greet: Er wordt zoveel aandacht gegeven aan de klachten en problemen, dat mensen niet meer kijken naar wat de groeimogelijkheden zijn. Ik merk wel dat mensen dit eerst wel even vreemd vinden. Maar ook altijd met die oefeningen bezig zijn, dan begint het een beetje stroef en op een gegeven moment komen ze er een beetje in en dan zie je mensen letterlijk opklaren.

Marieke: Heb je nog meer van dat soort oefeningen, want dat vind ik wel leuk. Vragen die je zo kunt gebruiken, of gebruik je die in je sessies?

Greet: Wat wij gebruiken als essentie, dat is een vragenlijst die heet de Posttraumatische groei vragenlijst., Deze gebruiken wij ook in onze trajecten. Dat is gewoon een wetenschappelijke vragenlijst en daar staan allerlei van dit soort vragen in. In hoeverre heb jij ervaren dat je krachtiger bent geworden? In hoeverre heb je ervaren dat je makkelijker over je gevoel kan praten? Of dat je met anderen meer of beter een relatie kunt onderhouden? Nou, dat soort dingen vind je in de vragenlijst. Zo’n vragenlijst maken zet ik ook in, in zo’n inspiratiesessie, met een soort van ‘echt doen’, door volstrekt omdenkerige vragen te beantwoorden. En we gebruiken ook veel metaforen. Dat helpt enorm.

Marieke: Tja, dat is ook die verbeelding.

Greet: En die vragen die ik net zei, wat voor kracht heb je ontdekt, dat kan je op heel veel verschillende manieren dingen kunt doen. In het begin kun je letterlijk zeggen: ‘Stel nou dat dit ook heel wat positieve dingen kan opleveren, welke 10 zijn dat dan?’

Marieke: Mooie vraag.

Greet: Mensen hebben eerst zoiets van, jeetje 10! Maar daarmee komen ze ook meteen in een ander denkpatroon.

Marieke: Het is ook actie. Denken en doen. Dat is leuk, Greet. Dankjewel voor het delen van een aantal van dit soort vragen. Ik denk dat het helpt voor de luisteraar/lezer om al een beetje een beeld te krijgen. En wie weet al een toepassing te maken. Gelet op de tijd: heb jij nog een laatste iets wat je aan de luisteraar/lezer mee wilt geven?

Greet: Ja, wat wij heel graag willen is dat PTG belangrijker, bekender wordt dan PTSS. We zijn bezig met een nieuwe website en daar zetten wij ook de PTG vragenlijst op. Iedereen mag deze vrijblijvend invullen. We willen graag dat dit een olievlek wordt.  

Marieke: Bedankt Greet voor deze inzichten en je missie.

Luister hier naar de podcast